Bij sneeuw- en vorstweer is de technische dienst van de gemeente dag en nacht in de weer om de straten berijdbaar te maken en te houden. Om het milieu niet teveel te belasten, wordt er gecontroleerd gestrooid.
Het zoutstrooien gebeurt volgens een lijst van prioriteiten: uiteraard komen eerst de straten met het drukste verkeer aan de beurt, maar ook de bruggen en de straten waar bussen passeren.
Sneeuw en ijzel verdwijnen echter niet onmiddellijk wanneer zij in contact komen met zout. Ze moeten worden vermengd met het zout. Daarvoor zijn heel wat passages van voertuigen nodig. Bij lichte sneeuwval moeten er ongeveer 400 voertuigen voorbijrijden voor de sneeuw dooit. Dat is ook de reden waarom heel wat straten niet (onmiddellijk) worden bediend of waardoor het komt dat straten die wel behandeld zijn, toch de indruk wekken dat er niet werd gestrooid. Wanneer de sneeuw blijft liggen, worden de wegen vrijgemaakt met de sneeuwschuif.
Op de fietspaden wordt ook gestrooid, maar wegens de beperkte vermenging door de voorbij rijdende fietsers gaan het ijs en de sneeuw niet onmiddellijk dooien. Indien nodig wordt er ook een externe firma opgeroepen om de fietspaden sneeuw- en ijsvrij te maken.
Het ruimen van het voetpad voor de eigen woning hoort bij de 'burgerplicht' van de inwoner! Maar, strooi zout met mate. Strooizout is erg slecht voor de natuur en beschadigt planten en bomen.
Gezond verstand
De gemeente doet er alles aan om straten, fietspaden en voetwegen zo veilig mogelijk te maken bij winterweer. Laat je echter niet verrassen. Probeer de toestand van de weg van dat moment goed in te schatten voor je de baan opgaat. Pas je snelheid aan of zoek een ander vervoersmiddel.